Belastingplan 2026: Vanaf 2027 extra heffing voor personenauto’s op fossiele brandstof

24 september 2025
Artikel

In het Belastingplan 2026 is de pseudo-eindheffing bij privégebruik van nieuwe personenauto’s op fossiele brandstof per 1 januari 2027 verder uitgewerkt. In dit artikel behandelen wij wat het voorstel is, hoe de berekening werkt en waar je op moet letten.

Wat zegt het voorstel?

Het kabinet heeft als doel om alle personenauto’s die vanaf 1 januari 2027 door een werkgever ook voor privégebruik ter beschikking worden gesteld aan de werknemer, volledig emissievrij zijn. Om het aandeel van deze auto’s te verhogen, wil het kabinet het gebruik van niet (volledig) emissievrije auto’s onaantrekkelijker maken.

Het voorstel geldt zowel voor personenauto’s die worden geleased als personenauto’s die in eigendom zijn van de werkgever. In de volgende voertuigen vallen niet onder de regeling. Bestelauto’s vallen niet onder de regeling. Het voorstel geldt ook niet voor ondernemers voor de inkomstenbelasting van wie de personenauto onderdeel vormt van het ondernemingsvermogen en die aan de ondernemer persoonlijk ter beschikking staat.

De ontmoediging wordt fiscaal vormgegeven via een jaarlijkse pseudo-eindheffing in de loonbelasting, met een belastingtarief van 12% over de cataloguswaarde van de auto. Voor auto’s die ouder zijn dan 25 jaar, geldt de waarde in het economisch verkeer.

Concreet betekent dit dat voor een benzineauto met een cataloguswaarde van € 50.000 die aan een werknemer ook voor privégebruik ter beschikking wordt gesteld, door de werkgever op jaarbasis een eindheffing is verschuldigd van 12% van € 50.000, oftewel € 6.000 per jaar. De pseudo-eindheffing mag niet op de werknemer worden verhaald, bijvoorbeeld door een eigen bijdrage van de werknemer te vragen.

Het voorstel geeft aan dat de pseudo-eindheffing ook verschuldigd is, als de werkgever de werknemer (via omwegen) een personenauto ter beschikking stelt waarvan de werkgever alle kosten draagt.

Hoe wordt de pseudo-eindheffing berekend?

De pseudo-eindheffing moet per loontijdvak (meestal een maand) worden berekend en betaald door de werkgever als deze vanaf 1 januari 2027 een niet volledig emissievrije personen- of bestelauto ter beschikking stelt aan de werknemer. De pseudo-eindheffing is ook volledig verschuldigd over de maand, op het moment dat de auto slechts een deel van de maand voor privégebruik ter beschikking is gesteld.

Het bijhouden of sprake is van een ter beschikkingstelling voor (een deel van) het jaar brengt voor werkgevers extra administratieve lasten met zich mee. Het wordt mogelijk de verschuldigde pseudo-eindheffing op jaarbasis te betalen in het februari van het jaar daarna. Daarnaast is het mogelijk om gedurende het jaar de eindheffing te betalen via schatting en ook in februari van het jaar daarna de definitieve pseudo-eindheffing vast te stellen.

Let op: woon-werkverkeer wordt gezien als privégebruik

Belangrijk bij deze regeling is dat woon-werkverkeer met de auto gezien wordt als privégebruik waardoor de pseudo-eindheffing van toepassing is. Voor de uitleg van het begrip privégebruik wordt namelijk aangesloten bij de definitie die wordt gehanteerd voor de omzetbelasting. Dit betekent dat de werkgever toch pseudo-eindheffing verschuldigd kan zijn, ondanks dat voor een werknemer geen bijtelling van toepassing is voor de auto omdat hij deze enkel voor woon-werkverkeer gebruikt.

Overgangsrecht

Omdat de maatregel ingrijpt in bestaande situaties, geldt voor auto’s die vóór 1 januari 2027 ter beschikking zijn gesteld overgangsrecht tot 17 september 2030.

Auto’s die vanaf 1 januari 2027 voor het eerst ter beschikking worden gesteld, vallen meteen al onder de regels.

Wat moet ik nu doen?

Doordat leasecontracten doorgaans een duur hebben van vier tot vijf jaar, kunnen leasecontracten die nu worden afgesloten toch onder de pseudo-eindheffing vallen als ze langer doorlopen dan 17 september 2030. Het is daarom goed om op korte termijn te bekijken wat de impact van deze maatregelen gaat zijn op de organisatie.

Afhankelijk van de situatie kan maximaal gebruik worden gemaakt van het overgangsrecht, bijvoorbeeld door leasecontracten te vernieuwen vóór 1 januari 2027 dan wel de aanschaf van personenauto’s door de werkgever voor deze datum plaats te laten vinden.

Daarbij is ons advies naast de financiële impact ook te kijken naar de beleidsmatige- en arbeidsrechtelijke aspecten. Moet bijvoorbeeld het personeelshandboek of de leaseregeling worden aangepast?

Daarnaast kan de invoering van deze regeling juist een goed moment zijn om als werkgever te kijken naar alternatieven om in de vervoersbehoeften van de werknemers te voorzien, zoals de invoering van een mobiliteitsbudget.

Vanuit CROP helpen onze HR-, legal- en tax specialisten je graag met een geïntegreerde aanpak en advies. Mocht je hier meer over willen weten, neem dan contact op met Bram Reijnders of je CROP-contactpersoon.

 

 

Nieuwsbrief

Altijd als eerste op de hoogte zijn van het laatste nieuws? Schrijf je in!

Door je in te schrijven voor onze nieuwsbrief ga je akkoord met onze privacy verklaring.