Duurzaamheid: Evolutie in Accountancy
Vanaf boekjaar 2025 moeten grote ondernemingen verslag uitbrengen over hun duurzaamheidsbeleid- en prestaties. Daarna is het de beurt aan de middelgrote ondernemingen. De waarde van duurzaamheid zit in de lange termijn, vertelt Tjeerd van der Meulen MSc RA.
- Dit artikel is gepubliceerd in Accountancy Vanmorgen.
“Het is voor de accountancy echt een revolutie dat we niet-financiële gegevens gaan controleren en daarover een verklaring afgeven”, zegt Tjeerd van der Meulen, leidinggevende Audit & Assurance bij CROP accountants & adviseurs in Utrecht. “We staan aan de vooravond van grote veranderingen. Die spoelen als een golf over ons heen als we ons niet voorbereiden.”
Vanaf het boekjaar 2025 moeten grote ondernemingen rapporteren over hun duurzaamheid in een apart jaarverslag. Dat is nu nog een hoofdstuk in het reguliere bestuursverslag. Het nieuwe duurzaamheidsverslag wordt dik, want de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) heeft twaalf standaarden geformuleerd met honderden “Disclosure Requirements” waaraan de onderneming moet voldoen. Van CO2-uitstoot tot energieverbruik en van eerlijke beloning tot een inclusief personeelsbeleid. Beursgenoteerde bedrijven hebben zich daarop al kunnen voorbereiden, grote ondernemingen alsook het middelgrote mkb veelal nog niet. Ook zij worden straks verplicht gesteld te rapporteren over de impact van hun bedrijfsactiviteiten op het milieu en op sociale omstandigheden. Een accountant moet dat toetsen en daarbij in eerste instantie beperkte assurance afgeven. De standaarden zijn ingedeeld naar Environment, Social & Corporate Governance (ESG).
Een andere mindset
Bij CROP heeft Tjeerd van der Meulen een stuurgroep Duurzaamheid opgericht. “Als wij van onze klanten verwachten dat ze gaan rapporteren over duurzaamheid, vind ik dat wij zelf ook daarnaar moeten handelen”, zo verklaart hij het bestaan van de stuurgroep. Volgens hem is niet de regeldruk het gespreksonderwerp, maar de intrinsieke motivatie om op de langere termijn gezonde continuïteit te waarborgen. Dat geldt voor zowel onze ecologische voetafdruk als de sociale omgang met elkaar.
“Wij komen elke twee weken bij elkaar om na te denken over hoe we onze klanten kunnen helpen, maar ook over hoe we ons eigen beleid kunnen verduurzamen. Ondernemingen moeten in korte tijd heel veel informatie inwinnen en implementeren. Bedrijven zullen ons steeds vaker vragen om advies of om een duurzaamheidsverslag op te stellen. Maar wij moeten als sector nog veel informatie tot ons nemen en capaciteit vrijmaken, wat heel lastig is. De European Sustainability Reporting Standards zijn inmiddels met twaalf ontwerpstandaarden beschikbaar waarmee ondernemingen zich al kunnen voorbereiden. Wacht dus niet totdat het 1 januari 2025 is, maar begin nu al.”
De verslaggeving is volgens hem geen doel op zich, maar moet via transparantie ondernemingen ertoe bewegen duurzaam te ondernemen en dat vraagt durf. “Zij zullen grote investeringen moeten doen, zoals elektrificatie van hun wagen- en machinepark zonder garantie op extra uitbetaling door de opdrachtgevers. Verder zullen zij veel data moeten verzamelen die betrouwbaar zijn, zodat dit ook kan worden gecontroleerd. Een andere mindset is vereist. Met “greenwashing” kom je niet meer weg. Er zijn straks keiharde cijfers voor nodig om te bewijzen dat je niet alleen duurzaamheid predikt, maar er ook naar handelt.”
De boot missen
De waarde van duurzaamheid zit in de lange termijn, vertelt Van der Meulen. “Bedrijven zullen veel meer dan nu moeten koersen op lange termijn met oog voor duurzaamheid. De winst zit bijvoorbeeld in veilige producten, milieubesparingen, een gezonde werkomgeving en arbeidsomstandigheden. Als je nu niet begint met duurzaam ondernemen, ben je straks niet relevant meer. Leveranciers, klanten en investeerders zullen vragen gaan stellen, misschien zelfs claims opleggen, op het moment dat ook zij moeten voldoen aan de CSRD. Wij zeggen daarom tegen onze klanten: het is niet zeker dat de winst die je nu maakt er straks nog is. Je kunt wel doorgaan op dezelfde voet, maar dan mis je de boot. Principes kosten tijd en moeite, daar ontkomen we niet aan. Begin vandaag nog met na te denken over duurzaamheid en het maatschappelijke doel dat je wilt bereiken, wat je daarvoor nodig hebt en hoe je dat kunt verankeren in de bedrijfsstrategie. Stel iemand aan die daarvoor verantwoordelijk is.”
Klokkenluider
Van der Meulen doet ook een appel op zijn eigen doelgroep. Volgens hem kunnen accountants méér doen dan controles en verklaringen in rekening brengen. “We kunnen vanuit onze maatschappelijke rol het goede voorbeeld geven. Als accountants kunnen we het ons bijvoorbeeld makkelijker veroorloven in een elektrische auto te rijden. Gaan wij dat massaal doen, dan wordt het ook eerder betaalbaar voor een grotere groep. Duurzaamheid is een verantwoordelijkheid van ons allemaal.” En dat is naar zijn idee nieuw voor accountants, omdat zij maatschappelijk verantwoord werken vooral associëren met het tegengaan van fraude en corruptie. “Door ook duurzaamheid serieus te nemen, kunnen wij de maatschappij laten zien dat we betrouwbaar zijn. Accountantskantoren zijn kennisintensief. Ze zijn op de hoogte van standaarden en regelgeving. Dat geeft hen de mogelijkheid klokkenluider te zijn. Wij zijn het aan onze stand verplicht onze klanten te waarschuwen voor de gevolgen van de CSRD. Dat kunnen we samen doen, binnen de SRA, maar ook door elkaar gewoon op te zoeken.”
Duurzaamheid wordt volgens hem een uitdaging voor de hele sector. “Ik zou graag zien dat de keuzes die we maken voor de lange termijn zijn, waarbij duurzaamheid een vanzelfsprekendheid is in alles wat we doen. Het is onze taak ondernemingen wakker te schudden dat zij tijdig starten met rapporteren en ook bijsturen qua koers, om daarmee duurzaam te ondernemen en zo een zinvolle bijdrage te leveren aan de maatschappij. Als dat lukt hebben wij als accountant een relevante bijdrage kunnen leveren aan de verandering in de maatschappij die evolutionair zal zijn.”
- Lees hier meer over MVO & duurzaamheid bij CROP.