Belastingplan 2025: Herziening btw bij diensten aan onroerend goed
Het kabinet wil de btw-besparende mogelijkheden bij kortdurende verhuur van onroerend goed aanpakken. De huidige herzieningsregeling wordt vanaf 1 januari 2026 uitgebreid naar diensten aan onroerend goed, zoals verbouwingen of groot onderhoud. Lees hieronder meer over de inhoud van een herzieningsregeling en wat de veranderingen voor jou betekenen.
Dit artikel vloeit voort uit de fiscale wijzigingen die zijn aangekondigd in de Miljoenennota 2025.
Wat is een herzieningsregeling?
Je hebt als btw-ondernemer recht op aftrek van btw voor zover je btw-belaste activiteiten verricht. De btw op kosten die je maakt met betrekking tot btw-vrijgestelde activiteiten kun je niet in aftrek brengen. Op het moment van aankoop van goederen en diensten bepaal je in hoeverre je dit gaat gebruiken voor btw-belaste activiteiten. Dat is het eerste moment waarop je de btw in aftrek kunt brengen. Vervolgens controleer je op het moment van ingebruikname en op het einde van het boekjaar van ingebruikname van de ingekochte goederen en diensten of het daadwerkelijke gebruik ervan (btw-belast of btw-vrijgesteld) is veranderd. Is het gebruik veranderd? Dan corrigeer je de in aftrek gebrachte btw.
Onroerende zaken en roerende zaken waarop je kan afschrijven, volg je langer. Dat wordt de herzieningsregeling genoemd. Voor onroerende zaken bedraagt de herzieningstermijn 9 jaar na het jaar van ingebruikname en voor roerende zaken bedraagt deze herzieningstermijn 4 jaar na het jaar van ingebruikname. Bij gewijzigd gebruik van de ingekochte goederen corrigeer je in beginsel de voorbelasting voor 1/10e deel (onroerende zaken) of 1/5e deel (roerende zaken) naar de nieuwe verhouding (belast en/of vrijgesteld gebruik).
Wat verandert er?
Tot op heden geldt de herzieningsregeling alleen voor goederen en niet voor diensten. In het Belastingplan staat dat de herzieningsregeling vanaf 1 januari 2026 wordt uitgebreid naar diensten. De uitbreiding geldt specifiek voor diensten aan onroerende zaken vanaf het drempelbedrag van € 30.000 exclusief btw per investeringsdienst. Deze diensten volg je gedurende 4 jaar na het jaar van ingebruikname.
Gebruik je de onroerende zaak binnen vier boekjaren na het boekjaar van ingebruikname van de dienst toch voor een kleiner of groter deel btw-belast? Dan ben je verplicht om de in aftrek gebrachte btw deels te corrigeren. Dit pakt als volgt uit:
- Aanschaf
Aftrek van voorbelasting aan de hand van beoogd gebruik - Ingebruikname
Correctie van de voorbelasting aan de hand van werkelijk gebruik bij ingebruikname (volledige herziening) - Einde jaar ingebruikname
Correctie van de voorbelasting aan de hand van werkelijk gebruik sinds ingebruikname (volledig herziening) - Einde jaar 1 t/m 4 na ingebruikname
Jaarlijkse correctie van de 1/5e deel van de voorbelasting bij gewijzigd gebruik (gedeeltelijke herziening)
Wat betekent dit voor jou?
De uitbreiding van de herzieningsregeling heeft grote administratieve gevolgen. Je volgt de diensten (aan onroerende zaken) en de oorspronkelijke btw-aftrek namelijk meerdere jaren na aankoop. Jouw administratie moet daarop ingericht worden.
De uitbreiding van de herzieningsregeling is niet per definitie negatief. Herziening kan ook financieel voordelig uitpakken. Heb je de btw bij aanschaf en ingebruikname niet (volledig) in aftrek kunnen brengen vanwege voorgenomen btw-vrijgesteld gebruik? En is het daadwerkelijke gebruik btw-belast? Dan kun je op basis van de herzieningsregeling alsnog een deel van de btw in aftrek brengen.
Heb je vragen over de nieuwe herzieningsregels in de btw? Neem dan contact op met één van onze btw-adviseurs of stuur een e-mail naar btw@crop.nl. Wij denken graag met je mee.
Lees meer over dit onderwerp:
- Wetsvoorstel: Ingrijpende gevolgen door btw-herziening op diensten aan onroerende zaken
- Whitepaper Aftrek van voorbelasting